Netsensei

Much Ado About Nothing

Uw bakkes!

Twitter is een succesverhaal. Zoveel is duidelijk. En na dik een dag of twee twitteren moet ik zeggen dat het mij best wel bevalt. Alleen, hou er rekening mee dat ook Google een grote fan is van Twitter. Peter demonstreert dit even.

Ik heb gelijk mijn account op ‘protected’ gezet om het Google wat moeilijker te maken. Maar zoals ik al zei: een portie zelfcensuur kan natuurlijk nooit kwaad. De gouden regel is altijd al geweest: what’s been shared on the web, stays on the web.

Twitter is een razendsnel medium, bijna een beetje zoals IRC. In tegenstelling tot een blog gaat de gemiddelde Twitteraar nog minder tijd nemen om na te denken wat hij/zij schrijft. 160 karakters per boodschap is bovendien niet zo heel veel. Maar een Twitterboodschap is wel hetzelfde als een sms: gemakkelijk uit context te trekken en voor ruime interpretatie vatbaar. Alleen beperkt de impact zich niet tot je relatie met die ene ontvanger, maar met een volledige groep die het berichtje toevallig ontving én toevallige googlende surfers.

Wat leert ons dit? Dat je gewoon goed moet opletten wat je op Twitter zegt. Meer nog, wannéér je het zegt. Je gooit immers je leven gewoon op het net. Stel dat ik, als recruiter, een actieve Twitteraar – neem nu Nicodemus – een tijdje in het oog houd of in zijn archieven snuister, en ik merk dat de mens elke dag pas om 10 uur opstaat met de melding ‘die laatste whisky was er gisteren teveel aan’ en om 14 uur al klaagt over zijn werk, tjah,… echt een goede indruk laat dat nu ook niet na.